De Europese branchevereniging voor warmtepompen (EHPA) heeft sinds begin september 2024 een nieuwe directeur: Paul Kenny. Hij ziet niet alleen duurzaamheid, maar juist leveringszekerheid en onafhankelijkheid van andere landen als belangrijke redenen om in Europa in te zetten op warmtepompen.
Vereniging Warmtepompen zit regelmatig om de tafel met de EHPA, om de belangen van de Nederlandse warmtepompenbranche te behartigen. Het doel: de integratie van warmtepompsystemen zo soepel mogelijk te laten verlopen met als einddoel reductie van CO2-emissie. Dit is een gezamenlijk doel, waarvoor ook samenwerking op Europees niveau op het gebied van beleid, uniforme regelgeving en normering van product en installatie van groot belang is. Warmte365 publiceerde vandaag een interview met Kenny, over zijn doelen en ambities voor de Europese warmtepompenmarkt. In het interview vertelt Kenny onder andere hoe het Europees en landelijk warmtepompenbeleid zich volgens de EHPA tot elkaar moeten verhouden. Een quote uit het artikel:
Kenny: “Elk land is verschillend. Ik denk dat Europees beleid er zeker moet zijn, op hoog niveau en consistent. Maar de implementatie moet afgesteld worden op de verschillende markten. Markten met een hoog aandeel warmtenetten zijn anders dan markten met een groot aandeel van individuele gasboilers. Sommige markten hebben sterkere elektriciteitsnetten dan andere. Daarom heb je een verscheidenheid aan beleid en maatregelen nodig voor verschillende landen.
Verder heeft Europa net de grootste, bindende klimaatwetgeving, en daarmee concurrentie- en leveringszekerheid, geaccepteerd. Ik denk dat Europa met dit mandaat het grootste deel van het werk op beleidsniveau heeft voltooid. En vanuit een energieperspectief gaat dit mandaat om het steunen van landen als het gaat om implementatie. Ik verwacht dat wanneer het European Heat Pump Action Plan wordt gepubliceerd, dat dat zal gaan over de implementatie en het behalen van de doelen die zijn beschreven in dat laatste mandaat. Bijvoorbeeld het uitzoeken waar de financiering is, hoe elektriciteitsnetten het best uitgebreid kunnen worden en om de vaardigheden te krijgen die nodig zijn om de transitie uit te voeren.
We zitten nu ongeveer op 24 miljoen geïnstalleerde warmtepompen, maar we installeren nog lang niet op de snelheid die nodig is om dat doel van 60 miljoen in 2030 te halen. Wat ik ook denk dat belangrijk is, is dat politieke doelen gaan over het stellen van beleid en de schaal van die doelen. Als het een jaar eerder of later wordt, is dat niet doorslaggevend tot wat er gebeurt. Ik denk dat het belangrijkste is dat het doel er is en dat al het beleid er is om daar te komen. Wanneer we er precies komen is dan niet het belangrijkste. Belangrijker is dat beleid en maatregelen er zo vroeg mogelijk zijn om dat doel te behalen.”
Lees het volledige artikel op Warmte365.